Met het oog op de gestegen benzineprijzen: mag ik niet gewoon als particulier (onbeperkt) steeds wat jerrycans benzine in Duitsland halen?

In hoofdstuk 1.1.3 (Vrijstellingen) van het ADR is beschreven welke vrijstellingen op het ADR van toepassing zijn. Sectie 1.1.3.1 (Vrijstellingen die samenhangen met de aard van het vervoersproces) stelt onder andere:

De voorschriften van het ADR zijn niet van toepassing op:

  1. a) vervoer van gevaarlijke goederen, verricht door particulieren, indien deze goederen zijn verpakt voor de verkoop in de detailhandel en zijn bestemd voor hun persoonlijk of huishoudelijk gebruik dan wel voor recreatie of sportactiviteiten, onder voorwaarde dat maatregelen zijn genomen om elke lekkage van de inhoud onder normale vervoersomstandigheden te verhinderen. Indien deze goederen brandbare vloeistoffen zijn, vervoerd in hervulbare houders, die door of voor particulieren worden gevuld, mag de totale hoeveelheid stof 60 liter per houder en 240 liter per transporteenheid niet overschrijden. Gevaarlijke goederen in IBC’s, grote verpakkingen of tanks worden niet beschouwd als te zijn verpakt voor verkoop in de detailhandel;

Benzine wordt bij een tankstation in willekeurige hoeveelheden verkocht zonder verpakking. Immers, de verpakking levert de koper aan in de vorm van een motorvoertuig, of – in dit geval – in de vorm van één of meer jerrycans. De goederen (de benzine) zijn bij de verkoop daarom niet ‘standaard’ verpakt voor ‘verkoop in de detailhandel’, maar vallen er wel onder.

Bovenstaande lijkt te betekenen dat een particulier – bij wijze van spreken – een aantal jerrycans met benzine zou mogen vullen om deze voor eigen gebruik van Duitsland naar Nederland te vervoeren zolang deze geen grotere inhoud hebben dan 60 liter per stuk en de totale hoeveelheid de 240 liter niet te boven gaat.

Dat wil echter niet zeggen dat daarmee de invoer van brandstoffen (door particulieren) vrijgesteld is. Brandstoffen vallen onder de ‘Wet op de accijns’. De belastingdienst geeft aan dat er in bepaalde gevallen accijns verschuldigd is:

Minerale oliën en atypisch vervoer

Een particulier mag ook een hoeveelheid minerale oliën in zijn brandstoftank en/of reserveblik voor eigen behoefte zonder verschuldigdheid overbrengen. Hij is echter accijns verschuldigd in Nederland als hij:

  • minerale oliën koopt die in een andere lidstaat zijn uitgeslagen of ingevoerd (waarvan in Nederland de accijns niet is geheven) en
  • deze zelf of voor zijn rekening op atypische wijze vervoert of laat vervoeren naar zijn woonplaats in Nederland(WA, artikel 2d, lid 4).
  • Als atypisch vervoer wordt in dit verband aangemerkt:

het vervoer van motorbrandstof anders dan in de brandstoftank van voertuigen en in een draagbaar reserveblik

het vervoer van vloeibare verwarmingsproducten zoals huisbrandolie en propaan, bijvoorbeeld in tankauto’s, als het vervoer niet door een ondernemer gebeurt.

Kortom: wanneer men een aantal jerrycans met benzine de grens over brengt voldoet men niet per sé aan wat de belastingdienst aangeeft voor wat betreft invoer van ‘motorbrandstof’ en kan er accijns verschuldigd zijn.

Wanneer het vervoer bijvoorbeeld tijdens een routinecontrole geconstateerd wordt zou het Bevoegd Gezag uit kunnen gaan van ‘onrechtmatige invoer’, ofwel smokkel. In een dergelijk geval kan er – naast de verschuldigde accijnzen – ook een boete worden opgelegd.

Daarnaast kan men zich afvragen of het vervoer van benzine in grotere hoeveelheden door particulieren de (verkeers-)veiligheid ten goede komt. Zelfs al zouden de jerrycans aan de eisen van 1.1.3.1 voldoen; andere verkeersdeelnemers en eventuele hulpdiensten bij een calamiteit hebben geen aanwijzing dat er zich in een voertuig (grote) hoeveelheden brandstof in jerrycans bevinden.