In het ADR staat dat een vervoersdocument altijd ook in het Engels, Frans of Duits opgesteld moet worden. Wanneer we gevaarlijke stoffen van Rotterdam naar Arnhem vervoeren begrijpt iedereen echter Nederlands. Moet het dan écht ook in een andere taal?
Het ADR schrijft voor in welke taal het vervoersdocument moet worden opgesteld in artikel 5.4.1.4.1:
Het document met de in 5.4.1.1 en 5.4.1.2 beschreven informatie mag een document zijn dat reeds vereist is op grond van andere, van kracht zijnde voorschriften voor vervoer middels een andere vervoerswijze. In geval van diverse geadresseerden mogen de naam en het adres van de geadresseerden en de afgeleverde hoeveelheden, die het mogelijk maken dat de aard en de vervoerde hoeveelheden te allen tijde kunnen worden vastgesteld, worden vermeld in andere te gebruiken documenten of in alle andere documenten die overeenkomstig andere specifieke regelingen verplicht zijn en die aan boord van het voertuig moeten zijn.
De in het document te vermelden aanduiding moeten in een officiële taal van het land van afzending zijn gesteld, en bovendien, indien die taal niet het Engels, Frans, of Duits is, in het Engels, Frans of Duits, tenzij eventuele internationale tarieven voor het wegvervoer, of overeenkomsten die tussen de bij het vervoer betrokken landen gesloten zijn, anders bepalen.
Het ADR is echter een bijlage bij de regeling Vervoer Gevaarlijke stoffen over Land (VLG). Dat betekent dat de voorschriften van het VLG bij binnenlands vervoer prevaleren boven de voorschriften van het ADR. Dergelijke voorschriften zijn terug te vinden in Artikel 3 van het VLG (N-bepalingen). In paragraaf 5.4.1.4.-N (Vervoerdocument) vinden we:
Het is toegestaan dat in het vervoerdocument de voorgeschreven aanduidingen uitsluitend zijn gesteld in de Nederlandse taal.
Dat betekent dat het vervoersdocument bij vervoer van gevaarlijke stoffen binnen Nederland niet (ook) hoeft te worden opgesteld in het Engels, Frans of Duits.