Naar aanleiding van een incident met gemorste chemicaliën tijdens transport, heeft de Rechtbank van Rotterdam zich over het ADR gebogen. Het ging om transport van chemicaliën in vloeibare vorm van een terminal in Beveren (België) naar een terminal in Antwerpen (België). In Beveren vulden medewerkers van de terminal de tankcontainer, waarna een visuele inspectie door de chauffeur volgde en de tank verder kon rijden naar Antwerpen. Daar aangekomen bleek er vloeistof op het spatbord van de trekker terecht te zijn gekomen waardoor verschillende veiligheidsmaatregelen getroffen werden. Met de bijbehorende kosten.

De kosten zijn betaald door het Rotterdamse bedrijf dat de vervoersopdracht gegeven heeft. Het bedrijf wil deze kosten verhalen op de vervoerder. Onenigheid hierover heeft tot een procedure voor de kantonrechter geleid.

Lees verder op vantraa.nl